Category Archives: Journalistiek

Gravenbol, Wijk bij Duurstede

Krantenartikel: Gravenbol, Wijk bij Duurstede
woensdag 14 mei 2014, Wijkse Courant | PDF-versieWCT_WCT-17_140514_1-page-001s

Interview met Carla Kogelman

“Als je echt iets wilt moet je je laten onderwijzen”
donderdag 8 mei 2014 | door Jasper Verkroost

Carla Kogelman is al twintig jaar theaterproducent als ze in 2008 begint met een opleiding aan de Fotoacademie. Op 14 februari 2014 wint ze met de serie Ich bin Waldviertel de World Press Photo 2013 in de categorie geobserveerde portretten. Een tentoonstelling van deze beroemde fotoprijs is tot 22 juni te zien in de Nieuwe Kerk in Amsterdam. En later dit jaar ook in Naarden, Eindhoven, Maastricht, Groningen en Hilversum.

naam: Carla Kogelman | leeftijd: 53 jaar | geboorteplaats: Raalte | woonplaats: Amersfoort | beroep: fotograaf | belangrijke prijzen: Zilveren Camera 2011, SO2013, World Press Photo 2013

carlakogelmanHannah & Alena, winnende serie ‘Ich bin Waldviertel’ (foto: Carla Kogelman)

Hannah en Alena
‘Ich bin Waldviertel’ (naar de gelijknamige regio) is ontstaan vanuit een jeugdtheaterfestival in Oostenrijk. Ik was daar in mei 2012. Op dat festival bracht iemand mij in contact met een paardenboerderij. In datzelfde dorpje ben ik toen blijven hangen. Ik raakte in gesprek met kinderen die bij een poel aan het zwemmen waren. Ik maakte foto’s en kwam zo in contact met de moeder van Hannah en Alena, twee van hen. Ik ben een aantal keren terug geweest. Dan nam ik foto’s mee van de vorige keer. Zo creëerde ik goodwill. Op een verjaardagsfeestje zagen andere moeders uit het dorp de foto’s. Dat wilden ze ook. Inmiddels zijn er een aantal gezinnen waar ik langs ga als ik daar ben.

Ik vermoed dat je vannacht niet gaat slapen
Op 13 februari had ik een etentje in Harderwijk. Ik zag al dat ik een aantal oproepen had gemist maar ik ben niet zo iemand die meteen hoeft te reageren. Toen ik de trein instapte ging de telefoon weer. “U spreekt met Michiel Munnike, directeur van de World Press.” Hoor ik dat nou goed?? Hij nodigde me uit voor een persconferentie op het kantoor van World Press in Amsterdam de volgende dag. Hij kon me wel zeggen dat ik iets had gewonnen maar niet wat. “Ik vermoed dat je vannacht niet gaat slapen maar ik zie je morgen.” Ik moest het ook nog stilhouden tot twee uur ‘s middags. Ik was er al om twaalf uur. Meteen werd ik gefeliciteerd door een aantal fotografen. Die hadden ‘s ochtends al een persbericht ontvangen met alle informatie. Pas tijdens de persconferentie hoorde ik zelf dat ik eerste was geworden.

Handgeschreven kaartje
Ik vind het heel prettig dat ik deze prijs heb gewonnen. Maar ik merk dat ik het nog prettiger vind voor de mensen om mij heen. Dat mijn netwerk er waarde aan hecht. Zij moeten me toegang geven tot andere plekken. Ik kreeg daarna een handgeschreven kaartje van de wethouder van cultuur. Er werd me gevraagd om een lezing te geven. Galleriehouders zien me staan. Mensen spreken me aan. Je wordt ineens voor vol aangezien.

Zusterlijke liefde
Er zijn twee series die de World Press Photo hebben gewonnen die ervoor zorgen dat we niet in Arabische landen komen te hangen. Je mag wel al dat geweld laten zien maar zusterlijke liefde kan kennelijk niet. Ik sprak vorige week een man die schreef “Ik word altijd een beetje ongemakkelijk als ik jouw foto’s zie. Ik zou me toch gemakkelijker voelen als ze dan maar helemaal bloot zouden zijn.” Je moet de wereld ook niet omdraaien! Ik merk dan wel dat ik niet meteen moet reageren. Natuurlijk, kinderlijven zijn ook mooi. Maar daarom hoef ik niet met dat kind naar bed te willen. Je mag toch wel de mooiheid of de rauwheid van iets laten zien? Ik blijf de beelden maken die ik wil maken.

Je moet je laten onderwijzen
Eind jaren tachtig ben ik m’n eigen theaterbureau gestart dat ik twintig jaar heb gehad. In 2007 eindigde de samenwerking tussen mij en m’n zakelijke partner. Toen dacht ik “Ga ik door of ga ik iets anders doen?” Tijdens een uitmarkt kwam ik een lichtontwerpster tegen. Ik fotografeerde altijd al maar ik kwam maar tot een bepaald niveau en niet verder. Als er iets fout ging wist ik niet waar het aan lag. Zij pushte me “Als jij echt iets met fotografie wilt doen moet je je laten onderwijzen.” Dezelfde dag bleek er een Open Dag van de Fotoacademie te zijn.

Enthousiast en gedreven
Ik ben begonnen met de basisopleiding van zes zaterdagen. Toen ben ik pas echt met fotografie bezig gegaan. Daarna was ik helemaal verkocht. Ik heb me aangemeld voor de echte opleiding die drie jaar duurde. Deze heb ik betaald met de erfenis van m’n ouders. Omdat ik nog een paar theatergroepen had waarmee ik werkte ging er heel veel tijd in zitten. In het begin kon ik helemaal niet meer fotograferen. Ik raakte alles kwijt en wist niet meer wat goed was. Ik was wel heel enthousiast en gedreven. Als ik die opleiding niet had gedaan had ik nu nog steeds op dat oude niveau gezeten. Tijdens mijn afstuderen ben ik door mijn docent gemotiveerd om door te gaan met het fotograferen van kinderen. Ik dacht eerst dat dat geen serieus onderwerp was. Ik heb toen gewerkt met drie verschillende kinderen die in Amsterdam woonden. Daar ben ik in 2011 mee afgestudeerd. Deze series heb ik opgestuurd naar de Zilveren Camera waar ik meteen won.

Ik wil hun verhalen vertellen
Toen ik twee jaar was kreeg m’n vader een bromfietsongeluk. Daarbij was m’n zusje Anita op slag dood. Mijn vader liep een hersenbeschadiging op. Hij functioneerde daarna als een zevenjarige. Mijn moeder verloor een dochter maar had er een ander ‘kind’ bij. Ik herinner me hem alleen nog maar als een tiran die thuis zat. Dat is voor mij heel bepalend geweest. Hij pestte ook vriendjes en vriendinnetjes weg. Mijn dromen spelen zich nog heel vaak af in mijn kindertijd. Hoewel ik zelf geen kinderen heb zijn ze altijd m’n fascinatie geweest. Ik denk dat ik het mooiste vind dat ze zo oorspronkelijk kunnen zijn. Hun natuurlijk reacties. Volwassenen zijn toch allemaal wat aangepaster. Ik voel me bijna een ambassadeur voor die kinderen. Ik wil hun verhalen vertellen, hun onrecht laten zien.

Terug naar Oostenrijk
Ik ben nu aan het afbouwen met de laatste theatergroep die ik nog begeleid om me volledig op de fotografie te richten. Komende zomer ga ik nog een keer terug naar Oostenrijk. Daarna wil ik een boek gaan maken met foto’s van hoe de kinderen in dat dorp opgroeien.

_____

Het interview is ook te downloaden als PDF-bestand.

Interview met Nicole Oude Luttikhuis

“Hard werken en niet opgeven als iets niet goed gaat”
donderdag 24 april 2014 | door Jasper Verkroost

Elke sporter droomt van het hoogst haalbare doel in zijn of haar sport. Ergens op die weg bevindt zich de 16-jarige volleybalster Nicole Oude Luttikhuis. In 2013 won ze een bronzen medaille op de EYOF, de Jeugd Olympische Spelen, in Utrecht. Inmiddels zit ze in Jong Oranje waarmee ze komend weekend een belangrijk toernooi speelt. De EK-kwalificatie (EKK) op Sportcentrum Valkenhuizen in Arnhem.

naam: Nicole Oude Luttikhuis | sport: volleybal | leeftijd: 16 jaar | lengte: 1,91m | geboorteplaats: Harbrinkhoek (bij Almelo) | woonplaats: Arnhem (op sportcentrum Papendal) | clubteam: TT Papendal/Arnhem | nationale team: Jong Oranje dames | positie: middenaanvaller

Nicole4-2
Nicole Oude Luttikhuis tijdens een oefenwedstrijd tegen Zwitserland (zelfgemaakte foto tijdens de wedstrijd, klik voor een vergroting)

Analyse van de tegenstanders
Ik weet zelf nog niet echt wat van de tegenstanders. Matt en Saskia (de trainer en assistent-trainer) hebben Montenegro, onze eerste tegenstander al bekeken. De informatie die we van Roemenië en Tsjechië hebben is van een jaar geleden, daar weten we nog niet echt veel van. Als die hun wedstrijd op het EKK spelen kijkt de trainer ‘s avonds naar de gegevens zodat wij dat de dag erna ook weten. Ze kijken naar de speelsters die het meeste worden aangespeeld en het meeste scoren. En hoe we dan het beste een blokkering er tegenover kunnen zetten. En wat de slechtste passers zijn zodat we daarop kunnen serveren. De trainer is meestal degene die naar de video kijkt en dan krijgen wij een blaadje waar alle informatie op staat. Vaak zien we dan wel een paar beelden om te zien hoe het er echt uitziet, want je kunt wel zeggen “Die en die”, maar als je het echt ziet geloof je het beter.

Energie teveel
‘s Middags voor een wedstrijd gaan we rusten. Ik kan zelf nooit slapen tussen de middag want ik heb altijd energie teveel. Ik lig dan op bed zodat m’n lichaam wel rust krijgt. Als ik heel erg met de wedstrijd bezig ben kan ik echt super gestresst worden. Dus dan doe ik maar gewoon rustig aan en luister een muziekje. Meestal zitten we anderhalf uur van tevoren al in de bus zodat we extra op tijd aankomen. Dan niet met anderen bezig zijn maar alleen met de wedstrijd.

Heel belangrijk toernooi
Als we goede wedstrijden spelen dan hebben we grote kans om het toernooi te winnen, maar als we slechte wedstrijden spelen dan is het ook echt verliezen. De eerste twee wedstrijden zijn ook al moeilijk maar de wedstrijd tegen Tsjechië wordt echt een spannende pot. Het voordeel van een toernooi in Nederland is dat m’n ouders erbij kunnen zijn. Het is een heel belangrijk toernooi. Vorig jaar was het zo dat je bij de eerste vijf op het EK moest eindigen om met het WKK te mogen meedoen. Het is allemaal een gevolg van een gevolg: als je het nu beter doet bij het EKK dan speel je meer interlands en kun je weer beter worden.

Bronzen medaille
Ik sport al sinds m’n zevende. In het begin heb ik ook geturnd maar ik vond volleybal toch wel leuker. Toen ik twaalf jaar was kwam op een toernooi een trainer van het RTC (Regionaal Talent Centrum) naar mij toe. Die heeft me gevraagd of ik wou komen trainen. Dat heb ik twee jaar gedaan. Toen ik veertien was mocht ik vanuit het RTC meedoen aan een selectie voor het Jeugd Oranje, toen ben ik direct doorgegaan. Dat was een doorbraak in mijn carrière. Mijn mooiste moment was de bronzen medaille tijdens het EYOF in 2013. We wonnen toen met 3-0 van Duitsland, dat was een hele leuke wedstrijd. Ik ben de beste blokker van dat toernooi geworden, daar was ik wel blij mee. We hadden ons niet eens geplaatst voor het EYOF maar omdat het in eigen land was mochten we toch meedoen.

Ik merk zelf dat ik beter word
Sinds vorig jaar speel ik voor Jong Oranje. Toen ben ik gevraagd om hier (op sportcentrum Papendal) te komen trainen waar ik nu ook woon. Dat scheelt veel reistijd. Ik kan ook meer trainen en merk zelf dat ik beter word. Het is ook gemakkelijker te combineren met school. Een dag hier begint om acht uur met een uur kracht- en een uur baltraining. Dan heb ik school van elf tot drie. En daarna weer trainen van half vijf tot zeven uur of half acht. In het weekend ga ik meestal wel naar huis. Ik mis m’n ouders af en toe maar je houdt hier wel wat aan over. Ik baal er soms wel eens van dat ik niet bij m’n vriendinnen ben. Want die gaan uit en dan zit ik hier en dan denk ik: “Ja, eigenlijk had ik daar ook wel willen zijn.” Als ik tijd heb ga ik het liefst met m’n vriendinnen weg. Ik houd ook van schilderen, dat doe ik graag als ik thuis ben. Door de week heb ik geen tijd om iets anders te doen. Dat is niet vervelend, je kunt het zelf gezellig maken. Dan ga ik met m’n teamgenoten rustig op m’n kamer chillen of tv kijken.

Tot je 34ste volleyballen
Ik zit nu in 4 HAVO en het gaat er net om of ik dit jaar zal overgaan. Krapjes, dus het wordt wel spannend. Ik vind het niet erg om naar school te gaan. Ik wil het liefst m’n studie gewoon afronden zodat ik altijd wat achter de hand heb. Je kunt ongeveer tot je 34ste volleyballen en daarna is je lichaam ook echt kapot: knieën, benen, schouders, rug. Alles doet pijn. Ze zeggen altijd dat twee speelsters uit elke lichting naar het Nederlands team kunnen gaan. Als ik dat na m’n Jong Oranje tijd niet direct haal blijf ik wel voor een club spelen. Met een baan ernaast om bij te verdienen. Iets in de richting van administratie, dat lijkt me wel leuk. Het lijkt me heel vet om ooit met de Olympische Spelen mee te doen, dat maken niet veel mensen mee. Maar dat is natuurlijk nog wel heel ver weg, want ik moet eerst zorgen om in het Nederlands team te komen en die kans is meestal niet zo groot.

____________

Nawoord
Het interview is afgenomen op zondag 20 april op Sportcentrum Papendal. Ik heb daar een besloten oefenwedstrijd tegen Zwitserland bijgewoond. Na afloop had ik de gelegenheid om 30 minuten met Nicole te praten. Op vrijdag 25 april hoorde ik dat ze tijdens de laatste training dusdanig geblesseerd was geraakt aan haar enkel dat ze niet kon deelnemen aan het EK-kwalificatietoernooi.

Het interview is ook te downloaden als PDF-bestand.

The road to Journalistiek

november 2006
Ik heb al bijna 20 jaar geen roman opengeslagen (lees Een leraar heeft altijd gelijk voor het waarom). Een groepreis brengt me opnieuw in aanraking met literatuur. In de groep zitten een aantal fervente romanlezers, en één van hen leent me Het zijn net mensen van Joris Luyendijk. Voor het eerst bezie ik journalistiek niet als consument, en raak gefascineerd door de wereld die er schuil gaat achter het krantenartikel en nieuwsbericht. Maar daar blijft het op dat moment bij.

februari 2008
Ik houd van vakantiefotografie, wat je zeker als je graag naar bijzondere en niet alledaagse landen in de wereld reist ook als een vorm van journalistiek kan zien. Ik vind het leuk om het thuisfront wat te leren over het land waarin ik me een paar weken heb ondergedompeld. Omdat ik beter wil leren fotograferen schrijf ik me in voor een cursus fotografie aan het cultureel centrum De Lindenberg in Nijmegen. Ik volg hier in totaal twee cursussen. Deze zijn niet zozeer gericht op het leren gebruiken van een camera, maar op het maken van goede composities, oftwel het verschil tussen het maken van een kiekje en een echte foto.

augustus 2010
Omdat ik in mijn fotoboeken fotografie en tekst samenbreng om mijn vakantieverhaal te vertellen is een logische volgende stap om iets met schrijven te gaan doen. Ik schrijf me in voor de cursus “Ontdek schrijven”, wederom aan De Lindenberg. Op een blog die ik op dat moment schrijf opper ik dat het misschien wel het begin is van een carrièreswitch.

april 2012
Na “Ontdek schrijven” ga ik verder met schrijven, en doe de beginnerscursus Columns schrijven (A). Een groepsgenote kondigt op het einde van die cursus aan dat ze besloten heeft journalistiek te gaan studeren in Tilburg. Even overweeg ik nog om haar te volgen, maar in het diepe springen door met een deeltijdopleiding van 4 jaar te starten durf ik op dat moment nog niet aan.

april/mei 2013
Na de columns cursus volgt Verhalen schrijven (A), waar ik een interessante groepsgenote tref. Tegen het einde van deze cursus hebben we een mooi gesprek over ons huidige werk en het beroep wat we het liefst zouden willen uitoefenen als er geen barrières zouden zijn. Die avond zegt ze precies de juiste dingen tegen mij. Ik moet het gesprek een week laten bezinken, en dan weet ik het zeker: ik wil iets met journalistiek gaan doen. Ik evalueer de ingangsmogelijkheden en vind de “Introductiecursus journalistiek” die in het voorjaar van 2014 zal worden gegeven aan de Hogeschool Utrecht. Dit lijkt me een ideale manier om te bekijken of dit beroep iets voor mij is. Voorafgaande aan die cursus kan ik dan nog eerst de vervolgcursussen verhalen- en/of column-schrijven doen.

augustus 2013
Als ik terugkom van vakantie is het programma voor het nieuwe cursusjaar in Utrecht bekend. Groot is mijn teleurstelling als blijkt dat de introductiecursus uit het aanbod is verdwenen. Ik weet nu even niet meer wat ik moet doen. Ik realiseer me dat verder uitstellen van mijn plannen misschien wel definitief afstel zal betekenen, en onderzoek de mogelijke alternatieven nog een keer. De deeltijdopleiding in Tilburg lijkt het meest geschikt, en ik besluit me in te schrijven voor de intakedag. Ik ben onder de indruk van de mooie radio-, televisie- en videomontage studio’s, en de uitgebreide mediatheek met alle denkbare boeken en tijdschriften op het vakgebied, alsmede een uitgebreide selectie kranten. Ik moet twee toetsen maken tijdens de intake: een maatschappijtoets met vragen over politiek, recht, economie en geschiedenis, waarop ik gemiddeld scoor, en een toets Nederlands, waarop ik volgens de docent die later mijn intake afneemt extreem hoog scoor. Ik krijg een A-advies van de docent en besluit die zelfde avond nog om me in te schrijven..